Trijnie Faber geridderd voor bijdrage noordelijke IT-sector
  • IT

Trijnie Faber geridderd voor bijdrage noordelijke IT-sector

Ze was bij de Hanzehogeschool Groningen tot september vorig jaar de dean van het Instituut voor Communicatie, Media & IT. Dat Trijnie Faber (65) bij haar pensionering veel meer achterliet dan een volwassen instituut, is dit voorjaar welverdiend bekrachtigd met een benoeming tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau. Een mooie aanleiding om terug te blikken op het ontstaan van de IT Academy Noord-Nederland, die van grote betekenis is voor de regionale economie.

De indrukwekkende staat van dienst van Trijnie begon vrij bescheiden: ze ging na een Schoevers-opleiding aan de slag als directiesecretaresse. ‘Maar op mijn vierentwintigste besloot ik rechten te gaan studeren’, vertelt de geboren en getogen Drentse. ‘Want eenmaal aan het werk had ik door goed kijken en luisteren al snel ontdekt: er zit méér in!’ Die gedachte is typerend en vormt een rode draad in Trijnie’s loopbaan. Het ging daarbij niet eens zozeer over het waarmaken van persoonlijke ambities, maar vooral over visie op het grote geheel. Zien hoe zaken beter kunnen, gaan stáán voor goede ideeën, de juiste mensen samenbrengen, iets opbouwen, vooruitgang boeken en zo van betekenis zijn voor mens, maatschappij en economie.

Trijnie Faber geridderd voor bijdrage noordelijke IT-sector

Beroep en behoefte

‘Als onderwijsbestuurder vond ik het heel wezenlijk om over grenzen te kijken’, vertelt Trijnie, die bijna dertig jaar actief was bij de Hanzehogeschool. ‘In het hoger beroepsonderwijs leid je mensen op voor een beroep en dan is het cruciaal om aan te sluiten bij de behoefte in de praktijk. Een jaar of acht geleden bleek er een tekort aan IT’ers in de regio. Als dean heb ik me er sterk voor gemaakt om ons onderwijs dichterbij het bedrijfsleven te brengen. Sámen met de bedrijven in de regio uiteraard, je hebt elkaar nodig om goede mensen op te leiden voor de toekomst. Het unieke van Noord-Nederland is dat er vrij korte lijnen zijn; omdat je elkaar nodig hebt, vind je elkaar ook makkelijker.’

Het begon met Samenwerking Noord, een vereniging die noordelijke IT-organisaties met elkaar verbindt. ‘Binnen die club werd al gauw helder dat er een gemeenschappelijke behoefte was aan een goede partij voor (bij)scholing en training. Dichtbij, in Noord-Nederland, zodat mensen niet altijd naar de Randstad hoefden. Als Hanzehogeschool besloten we die handschoen op te pakken, mits het bedrijfsleven
actief participeerde. Wij hadden de docenten, experts in hun vakgebied, maar kennis en betrokkenheid vanuit de praktijk was net zo hard nodig. We wilden toegankelijk zijn, maar ook hoogwaardige kwaliteit bieden en geloofwaardig zijn op inhoud. Want in het Noorden laten mensen zich niet bedotten door mooie praatjes.’

Verbindende schakel

De IT Academy Noord-Nederland werd in 2014 opgericht, als onderdeel van de Hanzehogeschool en mede mogelijk gemaakt door IBM, Noorderpoort, Samenwerking Noord en de RUG. Trijnie was in dat geheel een bevlogen aanjager en verbindende schakel. ‘Maar je doet het nooit alleen’, benadrukt de voormalige dean. ’Naast visie en enthousiasme heb je het vertrouwen van anderen nodig. Plus de juiste mensen en middelen: van een goede programmamanager en gedegen marketing tot de steun in de rug van Gemeente en Provincie Groningen. Samen hebben we met de IT Academy enorme toegevoegde waarde gegenereerd voor het Noorden. Dankzij een optelsom van schakels konden we snel inspelen op nieuwe ontwikkelingen en zo kwaliteitsopleidingen bieden die aansloten bij de actuele eisen van werkgevers in de regio.’

‘Bijkomend voordeel van de IT Academy was dat professionals uit de noordelijke IT-sector elkaar weer in de schoolbanken troffen’, vervolgt Trijnie. ‘Die netwerkfunctie leidde ook weer tot mooie initiatieven. Zo kreeg de Academy een vliegwielfunctie voor een gezonde, evenwichtige IT-arbeidsmarkt. Je moet er natuurlijk wel bovenop blijven zitten; verbindingen vergen onderhoud. En je moet blijven ontwikkelen,
vooruit kijken. Zo wilde ik bijvoorbeeld het samenspel met het bedrijfsleven concreter maken, ook met het oog op innovatie. Daar is de Digital Society Hub in 2017 uit voortgekomen. Een plek waar bedrijven en studenten aan oplossingen werken voor échte vraagstukken en praktijkgericht onderzoek doen.’

Het bruist hier

De vlag hangt er inmiddels positief bij in de noordelijke IT-sector. ‘We leiden steeds meer vakmensen op en het idee dat goede IT’ers het Noorden verlaten, is achterhaald. Zeker driekwart van de afgestudeerden blijft in Noord-Nederland, want het bruist hier. Voor studenten is er een toekomst bij een variatie aan innovatieve IT-bedrijven en online ondernemers, maar ook bij gevestigde grote organisaties als DUO of RDW. Want ICT-processen zijn steeds meer een drijvende kracht achter de noordelijke economie, bij allerlei bedrijven en instellingen. Daarom is het zo belangrijk dat we de sector hier zo goed op de kaart hebben gezet. En dat is gelukt omdat we het met elkaar hebben gedaan, met respect voor ieders kundigheid en bijdrage.’

Trijnie zelf kreeg vorig jaar een Hanzepenning uitgereikt voor haar gehele oeuvre bij de Hanze, waaronder de gewaardeerde bijdrage aan de ontwikkeling van het Noorden tot één van de belangrijkste ICT-regio’s van Nederland. In april dit jaar werd ze tot haar verrassing ook nog benoemd tot Ridder: ‘Vanwege de langdurige en uitzonderlijke inzet voor de Hanzehogeschool en hieraan gerelateerde nevenfuncties. Door uw inzet en persoonlijkheid bent u niet alleen van groot belang geweest voor de Hanzehogeschool, maar voor heel Noord-Nederland’, zo luidt een fractie uit het begeleidend schrijven van de burgemeester van haar woonplaats Tynaarlo.

Juf oma

‘Het ridderschap voelt als een kroon op een bijzondere periode’, besluit Trijnie. ‘Toen ik vorig jaar stopte, was voor mij het verhaal rond. Ik wilde het Instituut voor Communicatie, Media & IT tot wasdom laten komen en dat is gelukt, met als bonus een gezondere IT-sector.’ Zit er desondanks nog steeds méér in, zoals ze in haar jonge jaren al dacht? ‘Dat is aan mijn opvolger’, lacht ze. ‘En wat mezelf betreft: na een periode van rust, bezinning en van betekenis zijn als ‘juf oma’ tijdens de lockdown, merk ik dat mijn hoofd en energie weer vragen om uitdaging … dus ik ben benieuwd wat er nog meer in zit.’