Innofest

Festivals zijn de maatschappij in het klein. Er is eten, drinken, energie en onderdak nodig. En er wordt afval geproduceerd. Een living lab; de perfecte plek om innovaties te testen. Dat doet Innofest.

Innofest test prototypes tijdens acht vooraanstaande grote festivals, zoals Into the Great Wide Open en Oerol. Het festivalterrein wordt zo een levend laboratorium, ontwerpers krijgen een miljoenenpubliek en prototypes kunnen uitvoerig worden getest voordat ze naar de markt gaan.

Valt er overkoepelend iets te zeggen over de diensten en producten die door Innofest getest worden? Jawel! Vaak gaat het om jonge ondernemers die iets nieuws bedacht hebben. Hun innovatie draait meestal om duurzame thema’s als het verwerken van afval of recycling. Een innovatie moet zich natuurlijk wel lenen voor een festival. Zo testte LoQrs, met succes, een nieuw type kluisjes voor festivalbezoekers.

Een van de eerste innovaties die getest werd op festivals, was de Kartent van Jan Portheine. Een recyclebaar alternatief voor de goedkope tenten die festivalbezoekers aanschaffen om ze uiteindelijk achter te laten op het terrein. Dit idee is inmiddels uitgegroeid tot een bedrijf. Wat er recent allemaal getest is? Op Noorderzon was ondernemer Peter Scheer te vinden. Onder het mom From Waste to Taste presenteert hij een systeem dat urine omzet in drinkwater. Een mooi project omdat het bij succes in de toekomst bijvoorbeeld in vluchtelingenkampen kan worden ingezet. Of het aanslaat, is spannend. Kunnen de festivalbezoekers accepteren dat ze hun eigen urine opdrinken?