Voedseltransitie daagt uit tot nieuwe business
  • AgroFood
  • Innoveren

Voedseltransitie daagt uit tot nieuwe business

De domeinen health, food en agribusiness zijn volop in beweging. Welke kansen ziet NOM business development voor Noord-Nederland? Projectmanager Joep de Vries volgt nauwgezet de voedseltransitie in relatie tot drie mondiale Sustainable Development Goals: de wereld voeden, klimaatactie en onze gezondheid. Hij kiest bewust dat brede perspectief, want: ‘Van daaruit kun je daadwerkelijk nieuwe business ontwikkelen en de voedseltransitie mede vormgeven.’

‘Business development is vooruit kijken, verbindingen leggen en je afvragen waarin wij in Noord-Nederland onderscheidend zijn’, zegt Joep. ‘Voedsel is een belangrijk thema dat al in verschillende NOM-programma’s tot uiting komt, zoals Food 2020 en Agrifood & biobased. Bovendien zien we de noodzaak van de mondiale eiwittransitie die al in gang is gezet: een verschuiving van dierlijke naar meer plantaardige eiwitten, om de wereldbevolking te blijven voeden. Aandacht voor de manier waarop we omgaan met voedsel gaat verder dan alleen smart farming en smart processing. Het vraagt een omslag in onze voedingscultuur. Dat betekent dat er nieuwe uitdagingen en kansen zijn om vanuit business bij te dragen aan de Sustainable Development Goals (SDG’s) rondom voeding, klimaat en gezondheid.’

Bij de ontwikkeling van nieuwe business vindt Joep het essentieel om afwegingen te maken vanuit een holistische visie. ‘Het is goed om bij elke business case eerst een stap terug te doen en je af te vragen hoe het economisch rendement in verhouding staat tot gezondheid, milieu en een circulaire economie. Want wat voor toekomst willen we? En welke keuzes horen daarbij? We weten dat slechts een fractie van de consumenten doelbewust duurzaam inkopen en eten. Het gros van de mensen heeft – als het er op aan komt – bij het omgaan met voeding andere drijfveren dan het klimaat en de gezondheid. Toch willen we met z’n allen graag verantwoorder en gezonder leven. En daar zitten de kansen en uitdagingen voor nieuwe business: producten die goed aansluiten bij de massa én die zo efficiënt mogelijk binnen de keten worden geproduceerd en verwerkt.’

De toon zetten

‘Noord-Nederland heeft het nodige in huis om mede de toon te zetten in de voedseltransitie’, stelt de projectmanager. ‘Kijk maar naar de belangrijkste basisbouwstoffen voor de mens: eiwit, koolhydraten, water en vetten. Zeker wat betreft de eerste drie heeft onze regio het goed voor elkaar qua landbouw, bedrijvigheid en onderzoek. Interessant is ook dat het UMCG waardevolle kennis heeft over de essentiële rol van onze darmflora voor gezondheid. Dat helpt keuzes te maken: Wat hebben we nodig om gezond te blijven? En hoe kan de landbouw deze bouwstoffen leveren? Maar ook: hoe kunnen we oogsten volledig verwaarden? Wat kunnen we met processing en ondernemerschap bereiken om duurzame producten te bieden? De uitdaging is om land, water, grondstoffen, arbeid, tijd en geld zo zinvol en efficiënt mogelijk in te zetten. Met zo min mogelijk verspilling.’

Al kijkt de NOM verder dan alleen het voorkomen en verminderen van verspilling. ‘Wij focussen graag op voedselwaarde, want wat van waarde is, verspil je niet’, constateert Joep nuchter. ‘Bij voedselwaarde ligt het accent op het verwaarden van grondstoffen en voedsel dat nu binnen de keten onvoldoende wordt benut. Hoe gaan we om met wat er al is? Welke mogelijkheden zijn er nog te ontwikkelen in de circulaire economie? De uitdaging is om voedselwaarde in de hele keten te vergroten. Dat kan met meer efficiëntie aan de productiekant, door smart farming en smart processing, maar dat kan óók door iets heel anders te doen met de reststromen die er zijn. Denk aan diervoeders, groene (bio)chemie of andere toepassingen buiten de voedselbranche.’

Innovatieprogramma

Joep is blij dat het thema voedselwaarde concreet door alle Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM’s) wordt opgepakt met het landelijke Business Innovation Program Food, waar ook de NOM aan bijdraagt. ‘Via een intensief innovatieprogramma kunnen regionale ondernemers business cases rondom voedselwaarde verstevigen en versnellen. Het landelijke netwerk is daarbij van waarde: een reststroom in de ene regio is wellicht een bruikbare grondstof in de andere. Bedrijven kunnen elkaar inspireren en vooral samen dóen. Het innovatieprogramma werkt als een versneller en is daarmee een kans voor ondernemers om tot een valide business case te komen. De circulaire economie is daarbij het uitgangspunt: denk aan het koppelen van reststromen en overschotten aan verwerkings-, productie of afzetfaciliteiten. Maar het gaat óók om nieuwe productconcepten – van food en feed tot groene chemie – met een goed verhaal, die aantrekkelijk zijn voor de markt.’

De symbolische kromme komkommer blijft nu nog te vaak liggen, daarom is een goed doordachte business case volgens de projectmanager essentieel. ‘Innovatie op dit vlak is een uitdaging door regelgeving, houdbaarheid en logistiek, maar het perspectief van de consument is misschien wel de grootste kluif. Het kwam al ter sprake: mensen zeggen wel duurzaam en gezond te willen leven, maar het gedrag van de massa laat iets anders zien. En dáár moeten we wat mee bij de ontwikkeling van nieuwe business. Met de Sustainable Development Goals rondom voedsel, klimaat en gezondheid in het achterhoofd. We hebben in Noord-Nederland voldoende in huis – van partijen als Avebe en het UMCG tot het platform No Food to Waste – om een rol van betekenis te spelen in de voedseltransitie. En één van die manieren is verspilling ombuigen door waarde toe te voegen.’

Werken aan voedselwaarde doet de NOM in samenspel met de ROM’s én als partner van de Stichting Samen tegen Voedselverspilling.