Het welvarende Preston als voorbeeld voor noorden

Het welvarende Preston als voorbeeld voor noorden

Zo veel mogelijk geld in de regio vasthouden. Het is een o zo simpel idee. Zo eenvoudig dat het idee weggewuifd zou worden als het zich in de praktijk al niet bewezen had. In het Engelse Preston – iets ten noorden van Manchester en Liverpool – ervaren ze dat het werkt.

Toen Uno Sissingh (manager bij leverancier van lab-benodigdheden Boom uit Meppel) het zogenoemde Preston-model voor het eerst zag, omarmde hij het meteen. Hij ziet het als een remedie tegen de wat wankelende benen van Noord-Nederland: bij de inkoop van producten en diensten moet wat slimmer naar aanbieders uit de regio worden gekeken.

De achterkant van inkoop wordt vergeten

Uno Sissingh haalt een voorbeeld aan. Een organisatie uit het Noorden moest de ict opnieuw aanbesteden, selecteerde de goedkoopste aanbieder en passeerde het noordelijke bedrijf dat tot dan de ict had verzorgd. Sissingh: ‘De nieuwe partij werd een bedrijf uit Brabant dat moet reizen om in Noord-Nederland te komen. Het noordelijke bedrijf moest daarna mensen ontslaan en is onderhand failliet. Aan de voorkant worden dus een paar centen verdiend, maar aan de achterkant krijg je er werklozen voor terug en de nieuwe aanbieder is ook nog eens minder duurzaam.’ Er wordt alleen naar de kosten aan de voorkant gekeken en de achterkant wordt vergeten, zegt Sissingh. ‘Het is een kwestie van bewustwording’, vindt hij. In het Noord-Engelse Preston en omgeving (Lancashire) zijn ze zich inmiddels heel goed bewust van deze factoren. En met succes want de regio heeft zich de laatste jaren van een troosteloze en achtergestelde regio ontwikkeld tot een van de meest aantrekkelijke gebieden van Engeland.

Welvaart, welzijn en welbevinden

Sissingh somt de drie speerpunten op van het zogenoemde Preston-model. De eerste is welvaart. Via een gericht inkoop- en aanbestedingsbeleid wordt getracht geld uit de regio maximaal te laten terugvloeien naar de regio. De tweede en derde, welzijn en welbevinden, hangen enigszins samen met het eerste speerpunt. Want welvaart en geld maken het ontplooien en stimuleren van maatschappelijke winst (coöperaties, sociale gelijkheid, innovatie, groen, duurzaamheid) en de individuele positie (geluk, zelfredzaamheid, gezondheid) makkelijker.

Preston kwam tot deze speerpunten, nadat de crisis van 2008 de regio onderdompelde in diepe ellende en een voorgenomen investering van 800 miljoen euro in een nieuw winkelcentrum werd teruggedraaid. De misère bleek een gezonde voedingsbodem voor creativiteit en innovatiedrang. Verankerde instituten kregen een cruciale en leidende (voorbeeld)rol. Dat zijn de instituten die geen bestaansrecht hebben als ze elders geplaatst worden, zoals de provincies of de universiteit.

Geld moet in regio blijven

Van de 2 miljard aan aanbestedingen vloeide eerder 40 procent terug naar de regio, nu is dat 63 procent. Met andere woorden: eerder reed elders op de wereld iemand in een mooie auto vanwege het geld dat in Preston werd verdiend, nu hebben mensen in de Preston-regio werk en inkomen van het geld dat in de regio blijft. Zo eenvoudig werkt het model. Uno Sissingh: ‘Het is een kwestie van slimmer en meer afgewogen naar een aanbesteding kijken. Vaak krijg je te horen dat de Europese regelgeving de manoeuvreerruimte beperkt. Dat klopt niet. Je kunt de kosten voor 70 procent meewegen, maar ook voor 30 procent. Je kijkt niet alleen naar de inkoopkosten, maar ook naar de vervolgkosten, duurzaamheid en impact voor de regio.’

Boom besteedt winst in regio

De focus op regionaal of lokaal inkopen en aanbesteden leidt volgens Sissingh tot meer geld en welvaart in de regio. Noord-Nederland beschikt over de instrumenten om zo’n beleid in gang te zetten. NCG (Nationaal Coördinator Groningen) en NPG (Nationaal Programma Groningen) bijvoorbeeld kunnen geld in de regio laten landen en het al ingezette beleid met Inkoop Platform Noord-Nederland moet geoptimaliseerd worden. Sissingh: ‘Het is daarbij wel zaak goed te kijken of geld naar een bijkantoor gaat of naar een echt bedrijf uit de regio.’ Zijn eigen werkgever Boom haakt inmiddels al aan bij het Preston-model. Een derde van de winst gaat naar de aandeelhouders en gelijke hoeveelheden naar investeringen in innovatie én personeel. Sissingh: ‘Het grootste deel van de winst blijft daarmee in de regio, want de aandeelhouders wonen daar ook.’

Bij inkoop beter kijken

Het Preston-model riekt wel enigszins naar het o zo verfoeide protectionisme. Sissingh gedecideerd: ‘Dat is totaal niet aan de orde. Het zorgt alleen maar voor een eerlijk speelveld in de regio. Je moet bij inkoop beter kijken. Een groot bouwbedrijf kan een project misschien goedkoper opleveren, maar wat heb je er als regio aan als goedkope krachten uit het buitenland langs komen en de regionale bouwvakkers geen werk hebben? Het geeft extra kosten, het is niet duurzaam en het geld gaat naar elders.’ Dit is hét moment om als Noord-Nederland aan de slag te gaan met het Preston-model. De naweeën van ‘corona’ zijn nog niet helder en dit is een eerste stap om eventuele klappen op te vangen.

Whitepaper Ontwikkeling
Wat kunnen wij voor jou betekenen?

In deze whitepaper lees je:

  • Wat de financieringsmogelijkheden zijn
  • Hoe wij ervoor zorgen dat innovatieve ideeën in businesskansen worden omgezet
  • Hoe de NOM kan helpen bij het vestigen in Noord-Nederland
  • Hoe wij ondernemers begeleiden in het investor ready maken